enkel voor abonnees

PhD Cup wint Wablieft-prijs 2019

interview - 10 12 2019
PhD Cup
Foto: Ibrahim Moumouh

“Wetenschap en onderzoek zijn er voor de samenleving”

Alle kandidaten waren waardevol. Dat was zeker zo voor de drie kanshebbers in de laatste ronde. Natuurlijk kon er maar één winnen. Sinds deze week weten we het. De Wablieft-prijs 2019 gaat naar de mensen van de PhD Cup. Het is een organisatie met een belangrijk doel. Wablieft ging op bezoek.

 

Het Engelse woord ‘cup’ zegt het zelf. De PhD Cup is een beker, een prijs. De gouden beker staat niet in de kantoren van de organisatie in Brussel. Sinds oktober staat die bij Jonas Roelens. Hij is de winnaar van de PhD Cup dit jaar. Hij is dan ook houder van een ‘PhD’ of graad van ‘doctor’. Dan mag je jezelf een echte wetenschapper en onderzoeker noemen. En nu is er de Wablieft-prijs. Een prijs voor een prijs… Wat doet dat? We vroegen het aan Arnaud Zonderman van Scriptie vzw. Hij organiseert mee de PhD Cup.

Uit

Wablieft: Jullie zijn de nieuwste winnaar van de Wablieft-prijs...

Arnaud Zonderman: “Dat is geweldig nieuws! Wij zijn een kleine organisatie met een kleine ploeg medewerkers. De prijs is een beloning voor ons harde werk. En natuurlijk ook voor de zovele wetenschappers en onderzoekers. Want die willen wij aanzetten om hun werk te delen met de samenleving. Hun onderzoek alleen al is vaak hard werk. Wij vragen hun nog iets meer. Vertaal je onderzoek naar een groot publiek.

 

Omdat het nodig is?

Zeker. Elk jaar zijn er in Vlaanderen 1.800 nieuwe doctors in een wetenschap. Dat is veel. De meesten blijven met hun onderzoek helemaal onbekend bij het grote publiek. Dat willen we veranderen.

 

Waarom?

Onze onderzoekers schrijven artikels voor heel bijzondere tijdschriften. Die zijn er eigenlijk voor andere wetenschappers. Dat is heel goed. Want zo kan onderzoek leiden tot nieuw onderzoek. Maar er is meer. Deel je passie voor wetenschap en je onderwerp ook met zoveel mogelijk andere mensen. Zo informeer je die mensen. Zo maak je hen ook hongerig naar wetenschap. Dat versterkt je steun voor onderzoek. En dat is nodig. Wetenschap en onderzoek zijn er voor de samenleving. En meer geld en steun kunnen leiden tot nieuw onderzoek.

 

En daarbij helpt de PhD Cup?

Ja, hoor. Onze prijs is er voor een sterke onderzoeker. Zijn of haar wetenschap is top. En hij of zij kan het ook klaar en duidelijk uitleggen aan iedereen.

 

Hoe zijn jullie begonnen?

De PhD Cup had een eerste winnaar in 2016. De prijs bestaat nu dus vier jaar. Maar eigenlijk startte alles veel vroeger. Ooit begon het met het fonds Pascal Decroos. Dat steunt bijzondere journalistiek en moedigt haar aan. Er groeide een belangrijk besef. Aan onze hogescholen en universiteiten studeren duizenden jongeren. Zij schrijven een eindwerk of scriptie. Zijn die werken goed? Dan zijn die interessant en zinvol voor de samenleving. Zo ontstond in 2005 de vzw Scriptie. Die reikt elk jaar de Vlaamse Scriptie-prijs uit.

 

Wat is het verschil met de PhD Cup?

De Scriptieprijs beloont studenten met hun onderzoek. De PhD Cup is er voor veel grondiger onderzoek van jonge wetenschappers. Er is nog een ander verschil. Bij de Scriptie-prijs vergelijkt de jury enkel de tekst van het onderzoek. Met de PhD Cup gaan we verder. De deelnemers moeten hun onderzoek zelf op drie minuten voorstellen. Zodat iedereen het kan begrijpen. Dan moet je vaktaal weglaten en kiezen voor eenvoudige taal. Ik verwijs graag naar de Schotse professor Anne Glover. Zij was adviseur voor wetenschap bij Barroso, de voorzitter van de Europese Commissie. Zij zei: “Onderzoek dat bijna niemand kent, is als onderzoek dat niet bestaat”. Dat klopt niet helemaal, en toch is het waar. En dat moeten we zoveel mogelijk vermijden. We moeten onderzoek helder vertalen. Zo vergroten we alleen maar de invloed.

 

Merk je dat jullie werk succes heeft?

Toch wel. Voor onze beide prijzen doen we oproepen, en die werken. Bij de Scriptie-prijs hebben we nu 500 tot 600 deelnemers per jaar. Bij de PhD Cup zijn dat er meer dan 70. Voor de deelnemers is het ook alsof ze hun zaak moeten verkopen. De kandidaten moeten hun werk zelf voorstellen. Ze beginnen met een artikel. Daarin moeten ze hun onderzoek samenvatten. Dat moet leesbaar zijn voor iedereen. We geven daarvoor ook tips. Uit alle deelnemers kiest een jury dan 16 mensen. Met die finalisten gaan we vier dagen op training. Op een dag leren ze een presentatie te maken. Dan volgt een dag leren schrijven voor een groot publiek. En dan gaan we naar de omroep VRT. Daar krijgen de deelnemers een training over interviews voor radio en tv. Ze leren hun stem in te zetten. En werken voor een camera. Ze moeten kunnen denken als een journalist. Ze leren ook hun verhaal te vertellen. Dan volgt de finale in een zaal. Elke deelnemer moet zijn of haar onderzoek in drie minuten voorstellen aan een jury.

 

Zag je al veranderingen in de jaren van de prijs?

De Scriptie-prijs startte met 80 tot 90 deelnemers. Dat zijn er nu meer dan 500. De PhD Cup is kleiner, omdat er op dat niveau minder onderzoekers zijn. Dit jaar waren er 72 deelnemers. Dat lijkt misschien niet veel. Toch is het dat wel. Van alle doctoraten in Vlaanderen wordt zeker een derde gemaakt door deelnemers uit andere landen. Velen van hen spreken geen Nederlands en kunnen dus niet meedoen aan onze wedstrijd. Want het gaat net om het Nederlands, onze taal. Als je moeilijk onderzoek duidelijk wil uitleggen aan een groot publiek in Vlaanderen, doe je dat het best in het Nederlands. 

 

Hebben jullie daarom ook partners in de media?

Inderdaad. Zij zorgen mee voor de aandacht en de verspreiding. Zo werken we samen met Radio 1. En ook met kranten: Metro voor de Scriptie-prijs en De Morgen voor de PhD Cup.

 

De deelnemers onderzoeken exacte wetenschappen en menswetenschappen. Zijn er meer deelnemers uit de menswetenschappen?

Neen, ze zijn ongeveer gelijk verdeeld. We zien wel dat er heel wat onderzoekers uit de geneeskunde deelnemen. Denk aan onderzoek dat kanker of een andere zware ziekte aanpakt. Dat raakt mensen meer.

 

Menswetenschappen lijken wel eenvoudiger om uit te leggen. Onderzoek in exacte wetenschappen gebeurt toch al vaak in het Engels? Ga je dan nog moeite doen in het Nederlands?

Soms lijkt exacte wetenschap inderdaad ingewikkeld. Je hebt er meer moeilijke woorden. Soms lijkt ook de zin ervan voor veel mensen onduidelijk. Dan is dat natuurlijk net de uitdaging. Om dat verre doel erbij te betrekken. Nog een opmerking over sommige menswetenschappen. Die dachten eerst geen kans te maken. Geschiedenis is interessant. Maar is het ook nuttig, vergeleken met geneeskunde? Toch wel. Dit jaar ging de PhD Cup naar een werk over de vervolging van homoseksuelen in de late middeleeuwen. Daar kan je uit leren voor de situatie van homoseksuelen vandaag. Maar een ander feit is er ook. Onderzoekers in de menswetenschappen schrijven met veel meer gevoelswoorden die het niet gemakkelijker maken. Daar is dus werk aan. 

 

De deelnemers aan de PhD Cup kunnen dus heel wat bijleren. Hoor je achteraf nog dat ze daar iets aan hebben?

Ja, hoor. Een goed voorbeeld is onze partner, de omroep VRT. Die leert door de wedstrijd nieuwe en sterke experten kennen. Die vragen ze dan in het nieuws of in andere programma’s. Een goed voorbeeld is Angelique Van Ombergen. Zij won de PhD Cup in 2018. Zij onderzoekt onze hersenen aan de Universiteit Antwerpen. Ze werkt nu ook voor de organisatie voor ruimtevaart ESA. Als winnaar van de PhD Cup kreeg ze plots heel veel kansen om lezingen te geven. Een uitgeverij stelde haar voor om een boek te schrijven. Het bekende Amerikaanse blad ‘Forbes’ noemt haar ook bij de 30 beste jonge wetenschappers van Europa. Van Ombergen was onlangs weer een gast bij Radio 1. Het gesprek ging ook over die eer van Forbes. Maar zij vond dat de PhD Cup veel meer voor haar betekende. Omdat ze er zoveel van leerde. Dat maakte ons natuurlijk heel blij.

 

Kortom, we hebben een tevreden winnaar!

Uit

Tekst door Michel Helaers

Uit