Dansen tegen de pijn
Ik hoor het lied nog altijd in in mijn hoofd. Het speelde gisteren op een feest. Mijn nicht trouwde. We zaten buiten in de zon. Dat deed ons even onze zorgen vergeten.
Zachtjes begon er muziek te spelen. Die werd steeds luider. Ik kreeg er hoofdpijn van. De meeste mensen gingen naar de muziek toe. Maar ik liep ervan weg. Ik wilde rusten.
Pijn
De hoofdpijn ging niet weg. Dat maakte me boos op de muziek. Wat kon ik doen? Hoe kon ik de muziek leuk vinden? Ik had een idee. Ik ging gewoon mee dansen!
Luider
Ik stond tussen de mensen. Lampen in alle kleuren schenen in het rond. De muziek werd nog luider. Het was een echt dansfeest. Dus ik danste. Samen met familie en vrienden.
Vergeten
Kan ik goed dansen? Nee hoor. Toch deed ik mee. Ik bewoog op de muziek. Ik bewoog mijn voeten, benen, heupen, armen, handen en hoofd. Mijn hele lichaam danste. Sommige dansjes kende ik niet. Dan deed ik de anderen na. Zolang ik maar danste. Zo vergat ik mijn hoofdpijn.
Lynn